Het dragen van kinderen is van alle tijden en culturen. Dragen is praktisch, gezond en essentieel. Naast alle nut en noodzaak is het dragen van je kindje natuurlijk ook gewoon heel fijn.

Zo is dragen goed voor de ontwikkeling, ideaal bij reflux, krampjes of (overmatig) huilen, essentieel voor o.a. hechting en goed voor sociale interactie. Ook is het heel praktisch: je kunt er makkelijk op uit en je hebt je handen vrij voor het huishouden of eventuele andere kinderen.

Het dragen van kinderen is in Westerse landen niet meer zo vanzelfsprekend, al is het gelukkig weer meer in opkomst. Sommige mensen zijn echter nog voorzichtig of terughoudend met (veel) dragen. Vaak heeft dit te maken met algemeen heersende opvattingen over het belang van vaste schema’s, slaaptraining en de angst om kinderen ermee te verwennen.

Door te dragen voorzie je echter in een belangrijke behoefte van je kindje. Het heeft nabijheid, warmte en geborgenheid nodig om veilig en gezond (verder) te groeien. Daarom is het juist goed om je kindje na al die maanden in de warme, vertrouwde, schommelende buik na de geboorte door te dragen.

Het is uiteraard van belang om dit wel op een juiste (ergonomische) manier te doen, zodat de lichamelijke ontwikkeling van het kindje wordt ondersteund; de zogenaamde ‘M-houding’ of ‘kikkerhouding’ (zie foto 1). Deze draaghouding neemt een baby instinctief ook aan als het opgetild wordt; ingetrokken beentjes, gebold ruggetje en vastklemmende handjes. Deze houding is voor je kindje dan ook heel prettig en natuurlijk. Helaas zijn er veel dragers in omloop die hier niet aan voldoen (zie foto 2).

foto 1
foto 2

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Een snel overprikkeld kindje? Veel last van krampjes? Moeite met slapen? Je kunt (wellicht) meer dragen dan je denkt!

Met bovenstaande informatie hoop ik in het kort te hebben kunnen overdragen wat de logica van dragen is en welke voordelen het heeft voor zowel je kleintje als jezelf.

Heb je nog meer vragen over dragen? Neem gerust contact op.